Tientallen vogelliefhebbers togen afgelopen woensdag naar ’t Vinkhuys. Daar organiseerde de Groninger vereniging voor vogelaars Avifauna een lezing over een unieke gebeurtenis: het eerste paartje broedende steppekiekendieven in Nederland. De lezing werd verzorgd door Madeleine Postma en Willem-Pier Vellinga, beiden actief voor Werkgroep Grauwe Kiekendief.
De steppekiekendief in Nederland is op zich al een vrij bijzondere gebeurtenis. Zoals zijn naam al doet vermoeden komt deze roofvogel oorspronkelijk voor op de steppen. Toch wist een mannetje de ‘steppen’ van natuurgebied De Onlanden te vinden, een natuurgebied ten zuidwesten van de Stad met drassige graslanden. Het plekje beviel hem zo goed, dat hij hier zelfs overwinterde, terwijl zijn soortgenoten normaal gesproken warmere oorden opzoeken om de winter door te brengen. Dit tot grote vreugde van vogelaars uit heel Nederland, die zich in de wintermaanden soms met tientallen lieten zien in de Onlanden. Dat leidde zelfs tot kleine verkeersopstoppingen aan de Drentse Dijk en de Zanddijk. Toen de vogel richting het broedseizoen geen aanstalten maakte om te verkassen, ontstond onder de vogelaars een voorzichtig verlangen: nu nog een vrouwtje erbij en dan misschien een nest met jongen? Helaas leek het mannetje in april gevlogen te zijn, want hij werd niet meer waargenomen in de kop van Drenthe.
En dan is het Willem-Pier Vellinga die eind mei tijdens zijn werkzaamheden voor de Werkgroep Grauwe Kiekendief ineens een grijze slanke vogel langs de weg ziet vliegen. Niet in de Onlanden, maar ergens in de provincie Groningen. Onmiskenbaar hetzelfde mannetje steppekiekendief van de Drentse Dijk. Enkele dagen later volgt een waarneming van een vrouwtje. Vellinga neemt contact op met Madeine Postma, net als hij actief voor de werkgroep. Ze besluiten om de vogels in de gaten te houden. Al gauw blijkt uit het gedrag van de steppekiekendieven dat er inderdaad iets heel speciaals gaande is: het paartje heeft een nest met vijf jongen! Dan wordt het lastig want hoe houd je dit stil? Met tientallen vogelaars rond het nest wordt de kans op slagen voor de kuikens erg klein. Daarnaast ligt het nest in een akker, vlak naast een tractorspoor. Tijdens de lezing gingen Vellinga en Postma dieper in op de tegenslagen waar ze mee te maken kregen en ze vertelden over de bescherming van het nest, ondersteund door prachtig beeldmateriaal. Mét succes: vier van de vijf jongen zijn afgelopen zomer uitgevlogen en daarmee is dit voor het eerst in de Nederlandse geschiedenis dat de steppekiekendief succesvol heeft gebroed!